Wat, Wat en nog eens Wat

 Thailand is het land van de tempels, ook wel “wat” genoemd. In Bangkok heb je natuurlijk Wat Pho met daarin de liggende boeddha. Dit is de grootste liggende boeddha van Thailand. In Wat Phra Kaew vind je de smaragden boeddha, die eerst in Chiang Rai heeft gestaan.
In Chiang Mai vindt je vrijwel op elke straathoek een wat, de ene mooi, groot en glimmend, de ander soberder. Maar overal ben je even welkom en glimlachen monniken je toe. Naast de vele tempels zijn er ook nog een aantal mooie pagodes te zien, zoals de Royal Pagodes in Doi Inthnon, die gebouwd zijn voor de koning en koningin van Thailand. In Chiang Rai heb je de bijzondere witte tempel, Wat Rong Khun. Mooi om te zien, wel een beetje kitsch.
Tijdens ons uitstapje van 2 uur naar Myanmar hebben we de Mahamyat Muni tempel bezocht in Tachileik, weer geheel anders van bouwstijl.
En wat dacht je van een wat in de grot, Buddha cave tempel in Chiang Rai. Kortom, wat genoeg, naast natuurlijk al het andere moois dat Thailand nog te bieden heeft.  Zoals een bezoekje aan de Golden Triangle, oftewel het drie landenpunt van Thailand, Laos en Myanmar. Vroeger vooral bekend vanwege de opium, maar nu een echte toeristische trekpleister.
En vandaag nog een boottochtje gemaakt over de Mae Nam Kok rivier en een bezoekje gebracht aan een hilltribe dorpje. Op de terugweg kwamen we langs Chiang Rai beach waar we van alle kanten door de mensen in het water werden nat gespat. Het is ook nog steeds Songkran.